Hoeveel pogingen kan een aspirant-schrijver doen voordat hij beseft: Dit wordt niets. De enthousiaste leraren en de altijd zo positieve familie hadden het toch niet bij het rechte eind; zelfs al heb ik dan misschien een talent om te schrijven, ik kan het simpelweg niet.
Zou het een opluchting kunnen zijn te weten dat we het schrijftalent niet langer hoeven te bewijzen – dat we durven te zeggen: Ik kan wel aardig schrijven, maar om het nu ook nog eens te moeten gaan lezen…
En dat is nu net mijn probleem: schrijven is best leuk, maar om het weer terug te lezen veel minder. De gedachte dat ik iets schrijf – niet voor publicatie, maar gewoon voor de lol, hoogstens als oefening – wekt weinig enthousiasme bij mij op. Dat zal dan wel betekenen dat ik niet genoeg plezier ontleen aan het schrijven op zich, en het idee van erkenning (faam) is geen voldoende surrogaat. Wat heeft schrijven voor zin als ik geen zin heb?
Makkelijk is schrijven ook al niet. Wat ze zeggen – dat sommige schrijvers maar hun pen in de aanslag hoeven te nemen om de woorden als vanzelf het papier op te zien stromen – komt me niet al te bekend voor. Ja, toen ik 16 of 18 was, met nog wat meer puisten en nog wat minder verstand, liet ook ik de woorden stromen. Dat ging dan over de waarheid en zo. Daar zat natuurlijk iedereen – al sinds lang voor mijn geboorte – ongeduldig op te wachten. Jazeker.
Maar ook nu lijkt het uitgangspunt nog steeds dat het publiek wel gretig op mijn scherpe inzicht moet zitten wachten. Wat ik ook schrijf, voor de lezer is het niet alleen een verrijking, maar een verademing.
Dan de welgevormde dames, gretig verlangend als ze zijn naar de de vingers die al die ferme woorden penden. Terwijl, als publicitair succes in werkelijkheid analoog zou zijn aan sexueel succes, dit alleen maar een reden te meer zou zijn om het schrijven er aan te geven.
Is er dan helemaal niets aan het schrijven dat kan bekoren? Het mooiste zou iets zijn dat zowel schrijver als lezer plezier schenkt. Hoe voelt dat voor schrijvers die gewoon iets moeten of willen zeggen? Dat is vast een wereld van verschil met deze schrijver, die alleen maar wat woorden uitperst (nee, niet uitpoept) omdat ie graag een laptop wil hebben. En dat terwijl hij eigenlijk al zo'n beetje te oud is om mee te mogen doen.
Hebzucht, eerzucht en sexuele driften kunnen toch niet de basis zijn van een gezonde relatie tussen schrijver en pen en tussen papier en publiek?
Daarom, bij deze, schrijf ik het schrijven af.
Einde verhaal.